Peggy Guggenheim Museum II
In de tekenzaal (zaal 3) is onder meer werk van Kandinsky te zien. Deze kunstenaar is een van de eersten geweest die tot volledig abstracte werken kwam. Het schilderij, ‘Landschaft mit roten Flecken, nr. 2’, is zoals we zullen zien de abstractie al heel dicht genaderd.
Kandinsky ‘Landscape with red spots, No. 2′ 1913
Peggy Guggenheim Museum
Terwijl ik [Kandinsky] in gedachten verzonken naar huis liep, na buiten getekend te hebben, stond ik plotseling voor mijn atelierdeur en zag ik een schilderij van onbeschrijflijke schoonheid. Ik was versteld en kon geen stap meer verzetten. Het schilderij bestond uit heldere kleurenvlekken en had geen enkel onderwerp dat naar een bestaand voorwerp verwees. Toen ik dichterbij kwam, realiseerde ik me dat het mijn eigen schilderij was, dat op zijn kant op de ezel stond. Op dat moment besefte ik dat mijn schilderijen niet afhankelijk waren van objectiviteit of afbeeldingen van voorwerpen, die eigenlijk alleen afbreuk deden aan hun kracht. Parafrase. Voor het citaat zie: R. Hughes, ‘De Schok van het Nieuwe’, Veen, Utrecht, 1981 blz. 301.
Wassily Kandinsky ‘White Cross’ 1922
Peggy Guggenheim Museum
Piet Mondriaan ‘Ocean 5’ 1915
Peggy Guggenheim Museum
Terwijl bij het kubisme de werkelijkheid op de een of andere manier nog altijd wel te herkennen is, verdwijnt dit bij Kandinsky. We zullen in deze tekenzaal ook meer schilders tegenkomen die al zeer vroeg abstracte doeken schilderden zoals de Nederlanders Mondriaan en Theo van Doesburg. Het zal je misschien verbazen als je weet hoe Mondriaan over zijn abstracte werken zoals ‘Geen Titel (ovale compositie)’ uit 1914 of ‘Compositie’ uit 1938 dacht. Voor Mondriaan betekende abstractie net als voor Kandinsky geen inhoudsloos werk dat slechts uit prachtige kleuren of lijnen bestaat.
Het zal je misschien verbazen als je weet hoe Mondriaan over zijn abstracte werken zoals ‘Geen Titel (ovale compositie)’ uit 1914 of ‘Compositie No I’ uit 1938-1939 dacht. Voor Mondriaan betekende abstractie net als voor Kandinsky geen inhoudsloos werk dat slechts uit prachtige kleuren of lijnen bestaat.
Mondriaan ‘Composition No I’ 1938 – 1939
Peggy Guggenheim Museum
Mondriaan gebruikte deze rechte lijnen om een gevoel van evenwicht en stabiliteit te creëren in zijn schilderijen. Hij was geïnteresseerd in het onderzoeken van de relaties tussen lijnen, vlakken en kleuren, en hij geloofde dat de interactie tussen deze elementen de visuele harmonie in zijn werk creëerde.
Mondriaan geloofde dat zijn abstracte schilderijen niet langer een weergave waren van de zichtbare wereld, maar een weerspiegeling van een hogere, geestelijke werkelijkheid die alleen via abstracte vormen kon worden uitgedrukt. Hij was ervan overtuigd dat deze abstracte vormen de universele taal van het universum vertegenwoordigden en dat ze de essentie van alle dingen en de harmonie van het universum weergaven.
In de bibliotheek (zaal 4) tref je een andere belangrijke stroming aan en wel het surrealisme. Eén van de belangrijkste wegbereiders van het surrealisme was de Italiaanse schilder Giorgio de Chirico. Zijn stijl wordt vaak met de term magisch realisme omschreven. We zullen zijn schilderij uit 1913, ‘De Rode Toren’, bespreken en het verband tussen dit werk en het surrealisme uit de doeken doen. In deze zaal hangen surrealistische schilderijen van onder meer Max Ernst, Joan Miró en Yves Tanguy. Het surrealisme gaat uit van een diepere werkelijkheid die verborgen zit achter de zichtbare wereld. De droom speelt hierbij een belangrijke rol. In dromen openbaart zich de ongecensureerde waarheid. Het is niet voor niets dat Sigmund Freud met zijn theorieën een grote invloed heeft gehad op de surrealistische kunst. Die droomwereld schept de Chirico ook in zijn schilderij dat je in het Guggenheim kunt zien. Het werk hing in de bibliotheek van Peggy.
Giorgio de Chirico ‘The red tower’ 1913 Inzoomen
Peggy Guggenheim Museum
In zaal zeven zullen we nog een schilderij van Salvador Dali tegen komen. Hij is de surrealist geweest die nog het meest direct door Freud is beïnvloed. Dali heeft samen met Stefan Zweig en Edward James nog een bezoek gebracht aan Freud die op dat moment in Londen was. Dali wilde de beroemde arts uit Wenen een tijdschrift aanbieden.
Terwijl ik [Dali] iets aan Freud liet zien, staarde hij me aan zonder enige aandacht te schenken. Hij bleef me observeren alsof hij mijn psychologische werkelijkheid wilde doorgronden. Freud vertelde aan Stefan Zweig dat hij nog nooit zo’n perfect voorbeeld van een Spanjaard had gezien en beschreef de persoon als een fanaticus. Na Dali’s bezoek zou Freud ook hebben gezegd dat de surrealisten honderd procent dwazen waren, of liever gezegd, 95 procent, net als bij alcohol. Parafrase. Origineel citaat zie: A. Erftemeijer, ‘De aap van Rembrandt Kunstenaarsanekdotes van de klassieke oudheid tot heden’ Becht, Haarlem, 2000 p. 453
Een belangrijk verschil tussen hun opvattingen is echter hun benadering van het onderbewustzijn. Dali zag het onderbewustzijn als een bron van creativiteit en fantasie die kan worden gestimuleerd en gebruikt om kunst te creëren en nieuwe ideeën te ontdekken. Hij gebruikte technieken als automatisme en vrije associatie om zijn verbeeldingskracht te stimuleren en toegang te krijgen tot het onbewuste.
Freud daarentegen zag het onderbewustzijn als een bron van conflicten en problemen die ons leven kunnen beïnvloeden. Hij ontwikkelde technieken als vrije associatie en droomanalyse om patiënten te helpen toegang te krijgen tot hun onbewuste gedachten en emoties, en zo hun problemen te begrijpen en op te lossen.
Salvador Dali ‘The Birth of Liquid Desires’ 1931 -1932
Peggy Guggenheim Museum
Het schilderij heeft een droomachtige en surrealistische sfeer en lijkt te suggereren dat de afgebeelde objecten en vormen ontleend zijn aan het onderbewustzijn en symboliseren verschillende verlangens en emoties die in ons onderbewustzijn verscholen liggen. Het werk van Dali wordt vaak beschouwd als een uitnodiging om onze eigen onderbewuste verlangens te onderzoeken en te interpreteren.
Kurt Schitters ‘Maraak, Variation I (Merzbild)’ 1930
‘Maraak, Variation I’ met lijst
In de westelijke gang (plattegrond 5) hangen werken van de dadaïst Kurt Schwitters. Het dadaïsme predikte de anti -of onzin-kunst. Deze vorm van kunst was soms zeer provocerend. Schwitters gebruikte voor zijn Merz-serie allerlei objecten die hij uit de vuilnis haalde en verwerkte dit als een collage in zijn schilderijen. Schwitters noemde al zijn schilderijen Merz. In een fragment uit een zin die hij op een schilderij had geplakt (collage) kwam een deel van het woord van de Kommerz-und Privatbank voor. We zullen zien dat de wijze waarop Schwitters zijn Merz schilderijen opbouwt nauw verwant is aan het kubisme.
In de grote kamer (zaal 7) komen we werken uit het surrealisme en het magisch realisme tegen. We zullen werken van Max Ernst en de Belg Magritte nader bekijken. Ernst trouwde in 1942 met Peggy, maar het huwelijk hield niet lang stand. Het schilderij, ‘Attirement of the bride (la toilette de la mariée)’, twee jaar voor het huwelijk geschilderd is kenmerkend voor de invloed van Freud op het surrealisme.
Max Ernst ‘De kleding van de bruid’ 1940 Inzoomen
Surrealistische kunstenaars, zoals Max Ernst, waren sterk beïnvloed door de theorieën van de psychoanalyse, met name door Sigmund Freud, die stelde dat het onderbewuste en de sexualiteit belangrijke rollen speelden in het menselijk gedrag en de creativiteit. De jurk in het schilderij kan worden geïnterpreteerd als een symbool voor de sexualiteit, aangezien het dragen van een bruidsjurk vaak geassocieerd wordt met de huwelijksnacht en seksualiteit.
Al met al lijkt “De kleding van de bruid” een weergave te zijn van de complexiteit van de menselijke psyche, met seksualiteit en het onderbewuste als belangrijke elementen. De symboliek in het schilderij biedt ruimte voor interpretatie en nodigt de kijker uit om hun eigen emoties en gedachten te verkennen.
René Magritte ‘Empire of Light’ 1953 – 1954
Peggy Guggenheim museum
Magritte stond bekend om zijn gebruik van gewone voorwerpen en taferelen in zijn schilderijen, maar met onverwachte en soms verontrustende wendingen. In “Empire of Light” neemt hij een gewoon straatbeeld en transformeert het in een mysterieus en surrealistisch landschap.
Magritte’s gebruik van onverwachte contrasten en juxtaposities in “Empire of Light” creëert een gevoel van onbehagen, en nodigt de kijker uit om hun aannames over de wereld om hen heen in twijfel te trekken.
Picasso heeft veel verschillende periodes gehad en ook een surrealistische zoals aan het onderstaande schilderij te zien is.
Pablo Picasso ‘On the Beach’ 1937
Peggy Guggenheim museum
De twee vrouwen in het schilderij “Op het strand” van Picasso zijn voornamelijk gefocust op het spelen met een boot. Ze zijn elegant maar ook enigszins monsterlijk, bijna als sculpturen in hun lichamelijke vorm en vereenvoudigd in hun driedimensionale reliëf. Het landschap om hen heen is echter tweedimensionaal en opgedeeld in drie platte kleurvlakken die het strand, de zee en de lucht voorstellen. Ondanks de rustige compositie en subtiele lyriek van het schilderij, wordt er een onheilspellend gevoel overgebracht door de aanwezigheid van een donkere figuur die opdoemt aan de horizon.
In kamer voor de gasten en de kamer van Peggy zelf (zaal 9 en 10) hangen werken van een richting uit de kunst die na de tweede wereldoorlog in de VS opkwam: het zogeheten abstract expressionisme ook wel de New Yorkse school genoemd. Kunstenaars als Jackson Pollock, Clyfford Still, Mark Rothko, Arshile Gorky maar ook de van oorsprong Nederlandse kunstenaar Willem de Kooning schilderden abstract expressionistisch. Zij wilden met hun schilderijen wel degelijk een verhaal vertellen. Wat dit betreft zijn zij zeker niet abstract en is er geen breuk met het verleden. Jackson Pollock schilderde op een ongebruikelijke wijze. Hij legde zijn doeken, vaak van een flinke omvang, op de grond en druppelde of smeet met de kwast in wilde gebaren verf op het doek. Vaak gebruikte hij ook een soort vergiet waar hij de verf uit liet lopen. Zijn bijnaam luidde niet voor niets ‘Jack the Dripper.’
Jackson Pollock ‘Alchemy’ 1947
Peggy Guggenheim museum
Jackson Pollock ‘Enchanted Forest’ 1947
Peggy Guggenheim museum
Jackson Pollock schilderde zijn grote doeken door op de grond te werken en verf op het doek te druppelen, spatten en gooien met behulp van verschillende gereedschappen zoals penselen, spatels, stokken en zelfs zijn blote handen. Hij bewoog zich in verschillende richtingen rondom het doek en voegde laag over laag toe, waarbij hij soms bepaalde gebieden bedekte en andere juist blootliet. Door deze werkwijze ontstonden complexe en gelaagde patronen van verf, die bekend staan als zijn kenmerkende “drip paintings” of “action paintings”. Hij gebruikte vaak verschillende technieken en materialen om de textuur en het uiterlijk van de verf te manipuleren, zoals zand, glas, touw en stukjes papier. Het resultaat was een unieke abstracte compositie die de bewegingen en emoties van de kunstenaar weerspiegelde.
De abstract expressionisten waren bepaald geen vrolijk volk. Deze stroming kwam op na de verschrikkingen van de tweede wereldoorlog, vele kunstenaars uit de school van New York hadden een Joodse achtergrond. Bovendien waren zij sterk beïnvloed door het existentialisme. Pollock pleegde zelfmoord en met Rothko liep het ook al triest af.
Mark Rothko ‘Untitled (Red)’ 1968
Peggy Guggenheim museum
Rothko’s doeken zijn meestal groot van formaat en bestaan uit één of meerdere vlakken in felle kleuren die soms lijken te pulseren of te vibreren. Hij werkte vaak met dunne lagen verf die hij in vele lagen op elkaar aanbracht om een diepte-effect te creëren. Zijn werken zijn minimalistisch van aard, met weinig tot geen afleiding van het vlakke kleurvlak.
In tegenstelling tot veel andere abstract expressionistische kunstenaars, vermijdt Rothko agressieve penseelstreken en emotionele uitbarstingen in zijn werken. In plaats daarvan creëert hij een contemplatieve en meditatieve ervaring voor de kijker door middel van zijn kleurvlakken en hun onderlinge interactie. Het doel van zijn kunst was om de kijker te raken op een intuïtief niveau en een gevoel van transcendente ervaring op te roepen.
Vervolgens zullen we de zaal bezoeken waar de beroemde collectie van Mattioli te vinden is. Hier hangen alleen schilderijen van Italiaanse kunstenaars voornamelijk futuristen, maar ook de bekende Modigliani en Morandi.
Amedeo Modigliani ‘Woman in a Sailor Shirt’ 1916
Peggy Guggenheim museum
Amedeo Modigliani was een Italiaanse kunstenaar uit de vroege 20e eeuw. Zijn werk wordt gekenmerkt door gestileerde portretten en naakten met lange, elegante lijnen en een aardse kleurenpalet.
Zijn portretten tonen vaak langwerpige gezichten met amandelvormige ogen, smalle neuzen en kleine monden. De lichamen van zijn modellen zijn meestal afgebeeld in slanke, gestileerde vormen met geaccentueerde contouren en scherpe lijnen.
Tenslotte gaan we nog naar het terras aan het Canal Grande, waar je een prachtig uitzicht hebt. Vlak voor het terras is een bronzen beeld van Marini. Deze Italiaanse beeldhouwer werd geboren in Pistoia, waar meer van zijn werk te zien is. Hij bezocht de kunstacademie in Florence en gaf vervolgens les in Monza en aan de beroemde Brera -kunstacademie in Milaan. Marini is bekend om zijn robuuste en primitieve bronzen beelden, veelal variaties op het thema paard en ruiter, die verschillende stemmingen of ervaringen uitdrukken: melancholiek, ingetogen of uitbundig. Bij de ruiter op dit paard is duidelijk sprake van een erotische stemming.
Marino Marini ‘The Angel of the City’ bronze 1948 Erotisch stemming
Als je op het terras staat, kun je het beroemde tegenoverliggende Palazzo van Jacopo Sansovino zien het Ca’ Corner della Grande zoals het vaak genoemd wordt. Dit paleis heeft diepgaande invloed gehad op andere palazzi, maar dit hebben jullie al in de les vernomen. In het kort zal ik nog even het belang van dit palazzo aangeven ook m.b.v. een ‘A3′-tje’. (Klik hier voor het verhaal waarin het Ca’Corner en het Ca’Rezzonico met elkaar vergeleken worden)
We lopen van het Guggenheim naar het Campo S. Margherita. Dit voor Venetiaanse begrippen grote plein kent veel terrassen, winkeltjes en restaurants. Het is hier aangenaam vertoeven.
We vervolgen onze weg naar het noorden richting Sestier De S. Polo en het Campo dei Frari en lopen langs de rio dei Frari waar een beroemde gotische kerk van de Franciscanen staat: De Santa Maria Gloriosa dei Frari. Deze kerk is beroemd om zijn vele kunstschatten.
Vervolg Venetië dag 2: Santa Maria Gloriosa dei Frari of de Frari-kerk I