Giotto’s fresco’s in de Peruzzi-kapel en Bardi-kapel II
De Peruzzi -kapel
De fresco’s in deze kapel, de tweede rechts van het koor grenzend aan de Bardi-kapel, was het eerste werk dat Giotto in de Santa Croce schilderde. De rijke bankier, Donato di Arnoldo Peruzzi, liet in 1299 in zijn testament geld na voor zijn familiekapel. Waarschijnlijk heeft zijn kleinzoon, Giovanni di Rinieri Peruzzi, de opdracht voor de fresco’s gegeven. Bij Web Gallery of Art zijn goede afbeeldingen van de Peruzzi-kapel te zien en klik hier voor het schema van de frescocyclus.
De schilderingen zijn in veel slechtere staat dan die in de aangrenzende Bardi-kapel. De kleur is grotendeels verdwenen. Dit komt natuurlijk ook door de snelle en slechte methode die Giotto toepaste: fresco a secco. Zoals al eerder beschreven levert het schilderen op een droge pleisterlaag met pigment en bindmiddel later grote problemen op. De verf wordt slecht opgenomen en na verloop van tijd kan die makkelijk loslaten. Ook de latere ‘restauraties’ hebben bijgedragen aan het verval.
In de Peruzzi-kapel is de architectuur in tegenstelling tot de fresco’s in de Bardi-kapel schuin op het beeldvlak gezet. Bovendien is er vaak meer dan één gebouw binnen één scène geschilderd. Daarnaast laat Giotto ook meerdere verhalen in één afbeelding zien zoals in de geboorte van Johannes de Doper en zijn naamgeving. De architectuur in de Bardi-kapel omsluit de toeschouwer veel meer. In deze kapel dijt de architectuur in de schilderkunstige ruimte juist uit. Het niet zozeer een decor, maar veel meer een onderdeel van het verhaal. Dit is vooral goed te zien in de Dans van Salomé.
De cyclus gaat over Johannes de Doper(linker muur) en Johannes de Evangelist (rechter muur). Voor zover bekend was dit de eerste keer dat het leven van deze twee in één frescocyclus werd afgebeeld.
De geschilderde verhalen zijn gebaseerd op de Legenda Aurea van Jacobus de Voragine. Volgens deze Dominicaanse auteur uit de dertiende eeuw, is Johannes de Evangelist in de hemel opgenomen op de dag dat Johannes de Doper geboren werd. Bovendien was Johannes de naamheilige van de opdrachtgever. Daarnaast was Johannes de Doper ook nog eens de patroonheilige van Florence en de heilige van de Franciscanen.
Het grote thema van deze cyclus is niet zozeer het leven van Johannes de Evangelist en Johannes de Doper, maar de tweede komst van Christus op aarde en wel als de grote Rechter die oordeelt over de mens. Het was de Johannes de Doper die de komst van Christus voorspelde en Johannes de Evangelist die de Apocalyps profeteerde en beschreef in zijn Openbaringen. Niet voor niets heeft Giotto het Lam Gods in het midden boven het altaar en het lancetraam geschilderd.
Johannes op het eiland vanPatmos
Bovendien is in de rechterlunet ook nog Johannes op het eiland Patmos weergegeven terwijl hem het Laatste Oordeel wordt geopenbaard. De Apocalyps en de verrijzenis van de mens is natuurlijk een onderwerp dat uitstekend past in een kapel die dienstdoet als familiegraf. Daarbij komt nog dat de ondergang van de wereld een centrale rol speelt in de franciscaanse theologische opvattingen.
Boven de ingangsboog zijn acht apostelen in zeshoeken afgebeeld. In de gewelfvelden zijn de symbolen van de vier evangelisten. In de banden met ornamenten tussen de twee onderste scènes, bij beide zijwanden, zijn de gezichten van zes figuren te zien die eigentijdse kleding dragen. Waarschijnlijk zijn dit leden van de familie Peruzzi die naar het altaar kijken.
De verhalen over Johannes de Doper
Op de linkerwand zijn drie verhalen over Johannes de Doper geschilderd. In de lunet is de aankondiging aan Zacharias te zien. Deze scène lijkt wel heel alledaags. Roddelende vrouwen en rechts en links een aantal muzikanten. De wijze waarop deze figuren zich voortbewegen is heel herkenbaar.
Zacharias schrikt terug van de engel die de blijde boodschap brengt. Door de twee gebouwen die schuin op het beeldvlak geplaatst zijn, wordt het verhaal in tweeën gedeeld. De gebouwen zelf worden afgesneden door een rondlopende lijst. Hierdoor ontstaat de indruk dat wij als kijker slechts een deel zien en dat de voorstelling ook achter de lijsten doorloopt.
Onder de lunet in het midden is rechts de geboorte en links de naamgeving van Johannes de Doper te zien. Hier gebruikt Giotto de architectuur om de twee verschillende momenten in het verhaal duidelijk van elkaar te scheiden en in te kaderen. Terwijl bij de geboorte stilte en rust heerst, is dit niet het geval bij Zacharias die de naam van zijn zoon in een boek schrijft.
Giotto ‘Geboorte en Naamgeving van Johannes de Doper’ ca. 1313 – 1314
Ook hier zijn de drie verschillende momenten in het verhaal in één kader afgebeeld (Johannes de Doper linker muur). De vrouw van Herodes, Herodias, en hun dochter Salome zijn in een aparte ruimte geplaatst. In het midden zit Herodes achter de tafel en krijgt het hoofd van Johannes op een schaal aangeboden.
Giotto ‘Het feestmaal van Herodes’ ca. 1313 – 1314
Door een opeenstapeling van onder naar boven: van de hand van de beul, het bord met de kop en het hoofd van de koning Herodes, wordt het oog naar deze gruwelijke gebeurtenis getrokken. Voor de tafel iets rechts staat Salome. Het opengewerkte gebouw is duidelijk heidens gezien de beelden op het dak. Anders dan het bouwwerk op de tegenoverliggende muur: in de Hemelvaart van Johannes de Evangelist is een vroegchristelijke kerk, een basiliek, geschilderd. Rechts knielt Salome om het hoofd van Johannes de Doper aan haar moeder aan te bieden. Aan de linkerkant is een toren te zien en achter het traliewerk ligt het onthoofde lichaam van Johannes.
Vervolg Florence dag 5: Giotto’s fresco’s in de Peruzzi-kapel en Bardi-kapel III