Giotto ‘Tronende Madonna met Kind’ (Ognissanti I)


Ognissanti        Inzoomen      Schip       Luchtfoto

Chiesa Ognissanti
foto’s: Sailko; zoom: Lucarelli; interieur: dvdbramhall; luchtfoto: Putneypics

De monniken van de humiliaten uit Lombardije zochten een plek in Florence om een kerk te bouwen. Het werd het Quatieri di Santa Maria Novella nabij de huidige Ponta alle Carraia.

Ponte alle Carraia   Florence
photos:Giorgio Galeotti; view: Sailko

Ponte alle Carraia       Bovenaanzicht

In 1250 begon de bouw van de kerk en het klooster en vijf jaar later was die voltooid. De monniken verwerkten schapenvachten voor de habijten van de vrouwelijke tak van hun orde. Daarnaast verhuurden zij een dertigtal huizen aan gezinnen van wolarbeiders. In 1269 vervingen de Humiliati de nabijgelegen brug door een steviger constructie, die sindsdien bekend staat als de Ponte alla Carraia. De naam is afgeleid van de “carri” of karren die ruwe en bewerkte wol over de Arno vervoerden tussen de parochies van Ognissanti en S. Frediano, waar de wolbewerkers zich bevonden. De oorspronkelijke molens van Ognissanti, die water in de achterkanalen pompten, werden gestart door twee adellijke families – de Tornaquinci en de Frescobaldi. Echter, in de 14e eeuw werden ze overgenomen door de Umiliati. Bron: Eve Borsook, ‘Stergids Florence’, Agon, Amsterdam, 1993 blz. 192-193

Giovanni Signorini “Veduta dell’Arno da Ponte alla Carraia” 1846      Ponte alla Carraia

Giovanni Signorini “Veduta dell'Arno da Ponte alla Carraia” 1846  
Sailko: Ponte alla Carraia

Het oprichten van de kerk in deze arbeiderswijk sloot goed aan bij de principes van de orde. Immers, het woord “umiliati” staat voor nederigheid (Wikipedia Engels).

De Ognissanti bevat heden ten dage nog enkele kunstwerken waaronder een Kruisiging van Taddeo Gaddi uit 1366, een fresco van Botticelli, drie werken van Domenico Ghirlandaio, en een muurschildering van de zoon van Domenico: Ridolfo del Ghirlandaio. In de kerk zijn de kunstenaar, Botticelli, en de beroemde Florentijnse ontdekkingsreiziger, Amerigo Vespucci, begraven waarvan twee ronde grafstenen in de vloer nog getuigen.

Giotto

Het beroemde altaarstuk dat Giotto rond 1310 voor het hoofdaltaar van de Ognissanti schilderde, is helaas niet meer op de originele plek, maar in het Uffizi te zien.

Giotto ‘Tronende Madonna met Kind’ ca. 1310      Inzoomen

Giotto ‘Enthroned Madonna with Child'

Giotto ‘Enthroned Madonna with Child'  Uffizi in situ
foto: Steven Zucker

Giotto ‘Tronende Madonna met Kind’ ca. 1310

Het paneel van Giotto werd waarschijnlijk geschilderd tussen 1306 en 1310, dus ongeveer vijfentwintig jaar later dan de twee andere werken van Duccio en Cimabue, maar wat een wereld van verschil! Dit is een revolutie in de schilderkunst. Het is dan ook niet voor niets dat Giotto zo vaak geprezen is. Schrijvers, kunstenaars en historici zoals Dante, Boccaccio, Ghiberti, de kroniekschrijver Giovanni Villani en natuurlijk Vasari prijzen deze schilder.

Andrea del Castagno ‘Giovanni Boccaccio’ ca. 1450

“Giotto had zo’n uitmuntend genie dat er niets was van alles wat de Natuur, moeder en drijvende kracht van alle dingen, ons voorschotelt door de voortdurende omwenteling van de hemel, of hij het nu met potlood, pen of penseel afbeeldde, en dat zo nauwkeurig dat het niet leek op, maar eerder het ding zelf was, zodanig dat de visuele zintuigen van mensen vaak bedrogen werden door dingen van zijn makelij, waarbij ze datgene voor echt aanzagen wat slechts afgebeeld was. Daarom verdient hij, nadat hij deze kunst weer aan het licht heeft gebracht, die lange tijd begraven lag onder de dwalingen van bepaalde mensen die meer schilderden om de ogen van de onwetenden af te leiden dan om het begrip van de verstandigen te behagen, terecht een van de belangrijkste glorieën van Florence genoemd te worden. Dit temeer omdat hij de eer die hij had verkregen met de grootste nederigheid droeg en hoewel hij, zolang hij leefde, boven alles uitblonk in zijn kunst, weigerde hij nog steeds meester genoemd te worden. Deze titel, hoewel door hem afgewezen, straalde des te glorierijker in hem omdat hij met grotere gretigheid gulzig werd opgeëist door degenen die minder wisten dan hij, of door zijn leerlingen.” Vertaald uit: Giovanni Boccaccio ‘Decamerone’ Day Sixth: Fifth story (translated by John Payne Gutenberg).

Tijdgenoten van Giotto waren niet alleen verbaasd over het ongekende realisme van hun tijd, maar ook verbaasd over de plaatsing van de heiligen. Het werd ongepast geacht om engelen tussen de heiligen te plaatsen, vooral twee knielende. De schilder Cimabue, een tijdgenoot van Giotto, plaatste zijn vier heiligen onderaan de compositie zoals gebruikelijk was, en schilderde zijn engelen waar ze hoorden: boven en in de nabijheid van Maria met haar kind. Het opmerkelijke feit dat Giotto zijn heiligen zo hoog en dicht bij Maria op het paneel schilderde, heeft te maken met de opdrachtgevers: de orde van de Umiliati. Deze kloosterorde, met hun hoofdkerk, de Ognissanti (letterlijk: alle heiligen), had nederigheid hoog in het vaandel staan, zoals de naam van de orde suggereert. Nu, engelen die zichzelf tot een positie onder hun waardigheid verlaagden, toonden hun onderdanigheid. Dit is precies een eigenschap die ook de zoon van God toonde door zijn kruisiging. Door dit gedrag verhieven de engelen zich in de ogen van hun Heer. Als je goed naar de heiligen in het altaarstuk van Giotto kijkt, zie je aan de rechter- en linkerkant van de troon dat Giotto het woord Ognissanti in zijn afbeelding heeft verwerkt.

Meer lezen over Giotto, Cimabue en Duccio klik hier.

Vervolg Florence dag 6: Ghirlandaio en het Laatste Oordeel (Ognissanti II)