Giambologna en zijn ‘Sabijnse Maagdenroof’
Hendrick Goltzius ‘Portret Giambologna’ 1591 Detail portrait
Op het moment dat Giambologna (zelfportret, Rijksmuseum) de opdracht krijgt een beeld uit één groot blok marmer te hakken wil hij de klassieke beeldhouwers overtreffen. Technisch gezien was het werk een ongekend hoogstandje van vakmanschap. Het voldeed geheel aan wat Plinius de Oudere al had aangeraden: ex uno lapide. Giambologna had een studie gemaakt van hellenistische beelden. Zo was de Laocoön, maar ook de Stier van Farnese volgens Plinius wel uit één stuk marmer gehakt, maar dit bleek bij de opgraving van deze beelden niet te kloppen.
Athanadoros, Hagesandros, en Polydoros van Rhodes Youtube
De Laocoön Slangenbeet Laocoön’s zoon In situ
Deze beeldengroepen bestonden uit meerdere blokken. Bovendien was er in de Oudheid geen beeld waarbij een figuur door een ander omhoog werd getild. Daarnaast hebben de drie figuren waaruit de Sabijnse Maagdenroof bestaat, bepaald geen eenvoudige houdingen. De ver naar boven uitstekende arm van de vrouw is voor een beeldhouwer bepaald geen sinecure, de kans dat zo’n arm tijdens het hakken breekt, is niet gering. Zo’n difficultà, een uitgestrekte arm, hebben we al gezien bij de Bacchus van Jacopo Sansovino in het Bargello.
Het echte thema was niet zozeer het verhaal, maar meer een staaltje van ongekend vakmanschap. In een brief van Giambologna, die weliswaar over een beeldje met twee figuren gaat, licht de kunstenaar zijn nieuwe benadering toe. Het beeld aldus de kunstenaar kan geïnterpreteerd worden als ‘de ontvoering van Helena, of zelfs van Proserpina, of de ontvoering van één van de Sabijnse vrouwen. Het onderwerp is gekozen om de reikwijdte van de kennis en studie van kunst te laten zien.’ Als het besluit is genomen om het beeld in de Loggia dei Lanzi te plaatsen op de plek waar in die tijd de Judit van Donatello stond, wordt pas besloten om het beeld de naam ‘de Sabijnse Maagdenroof’ te geven. Het bronzen reliëf dat je ook bij de Perseus van Cellini aan de voorzijde vindt, werd toen ook pas gemaakt. Het onderwerp van Giambologna’s reliëf laat geen twijfel bestaan over het feit dat we hier inderdaad te maken hebben met het oude verhaal over de roof van Sabijnse maagden door de Romeinen.
Het ontwerp voor het beeld van de Sabijnse Maagdenroof komt niet uit de lucht vallen. Al eerder maakte Giambologna een bronzen beeld dat hij in 1579 naar Ottavio Farnese, de hertog van Parma, zond. Ook hier geen attributen noch andere iconografische aanwijzingen en trouwens ook geen gevecht of drama.
Giambologna ‘’De verkrachting van de Sabijnen’’ reliëf In situ
Giambologna ‘Hercules verslaat Antaeus’ 1578 -1580’
Het ontwerp voor het beeld van de Sabijnse Maagdenroof komt niet uit de lucht vallen. Al eerder maakte Giambologna een bronzen beeld dat hij in 1579 naar Ottavio Farnese, de hertog van Parma, zond. Ook hier geen attributen noch andere iconografische aanwijzingen en trouwens ook geen gevecht of drama. Giambologna had verder nog andere bronzen beeldjes gemaakt die wat hun houding betreft sterk doen denken aan de Sabijnse Maagdenroof, maar het waren wel altijd twee figuren.
Giambologna ”De verkrachting van de Sabijnen” wasmodel
Pas bij het grote marmeren beeld verschijnt er een derde figuur en wel precies op de plek die aan de zware figuren de noodzakelijke steun verleent. Het is de oudere man die onder en tussen de benen van de jongere man is te vinden. De laatste figuur houdt de verschrikte vrouw vast die boven hem uitsteekt. Er zijn nog twee wasmodellen bewaard die Giambologna als voorstudie voor zijn marmeren beeld maakte. Het eerste model (12,1 cm) heeft twee figuren, maar in een later model dat 47 cm hoog is, is de derde figuur al wel te zien.
Om dit complexe beeld ook echt goed uit het marmer te kunnen halen, stond dit meetmodel in het atelier naast het gigantische marmerblok. Met behulp van een lattenconstructie met kieren en gaten rond het model kon met pinnen de diepte van alle mogelijke plekken steeds worden afgetast. Deze werd dan vergeleken met het marmerblok waarbij aan één kant ook een lattenconstructie was gezet. Hierdoor had de beeldhouwer de mogelijkheid om steeds te controleren hoever hij op bepaalde plekken in het blok kon hakken. Alleen zo is het mogelijk om drie figuren, die zo met elkaar verstrengeld zijn, uit één marmerblok te halen. Iets wat Michelangelo niet kon, daar hij geen meetmodel gebruikte. Buonarroti hakte immers zijn beelden op de middeleeuwse wijze, zoals eerder beschreven (klik hier als je dit verhaal wilt lezen wel naar beneden scrollen).
Giambologna ‘’De verkrachting van de Sabijnen’ In situ
Giambologna ‘’De verkrachting van de Sabijnen’ in situ
Het gezicht van de Sabijnse Maagd
Het gezicht van de Sabijnse maagd is gebaseerd op een klassiek beeld van een Niobe dat tegenwoordig in het Uffizi te vinden is. Naast dit klassieke beeld heeft ‘De Overwinning’ van Buonarroti een grote invloed gehad op Giambologna. Het beeld van Giambolgna uit 1570, ‘Florence overwint Pisa’ hebben we al even bekeken in het Bargello. In zijn ‘Sabijnse Maagdenroof’ is de spiraalwerking veel sterker dan in Giambologna’s beeld uit 1570 en ook veel geprononceerder dan bij het prototype: ‘De Overwinning’ van Michelangelo.
Het laatste beeld, de ‘Overwinning’, dat ook al om zijn as draait, is wel bedoeld om vanuit één punt bekeken te worden namelijk van de voorzijde. In de geschiedenis van de beeldhouwkunst is ‘de Sabijnse Maagdenroof’ de eerste beeldengroep die gehakt is zonder dat er sprake is van één kant waarbij het beeld het beste tot zijn recht komt. Sterker nog wil je ‘de Sabijnse Maagdenroof’ echt zien, dan moet je er als kijker omheen lopen, waarbij je bij elke stap die je zet een nieuw deel van het beeld ziet en zo alleen is het beeld echt te begrijpen. Hier ligt ook het grote verschil met de hellenistische beelden, die Giambologna bestudeerd had en die hem beïnvloed hebben. Beroemde hellenistische beelden zoals de Laocoon of de Stier van Farnese zijn wél zo gemaakt dat ze vanuit één hoek, de voorzijde, moeten worden bekeken.
Bernini is sterk beïnvloed door ‘de Sabijnse Maagdenroof’ zoals te zien is bij zijn beelden in de Villa Borghese (Rome): Pluto en Proserpina of Apollo en Daphne. De omhooggestoken arm van de Maagd, de verschrikte en wanhopige uitdrukking op haar gezicht, maar ook de manier waarop de hand van de ontvoerde in de dijen van zijn buit is gedrukt, zie je terug bij Bernini’s hierboven vermelde beelden in de Villa Borghese. Zij het dat de hand die in de dij drukt bij Giambologna op een onopvallende plek zit terwijl Bernini deze hand direct in het oog van de kijker laat springen (klik hier als je het verhaal over Bernini’s beelden in de Villa Borghese wilt lezen).
Bernini ‘Pluto en Proserpina’ In situ
Toch is er ook een opmerkelijk verschil tussen Giambologna enerzijds en anderzijds de beelden uit het hellenisme en die van Bernini. De hand van de jonge man op de linkerdij van de Maagd drukt weliswaar op overtuigende wijze in haar huid, maar er wordt geen verschil gemaakt tussen de textuur van de mannelijke hand en de vrouwelijk dij en dat deden hellenistische beeldhouwers en een barokbeeldhouwer als Bernini wel (Pope-Hennessy, Volume III 153).
Carlo Canella ‘Piazza della Signoria vanuit de Loggia dei Lanzi’
Carlo Canella ‘Piazza della Signoria from the Loggia dei Lanzi’
“In het dagboek van ene Settimani, een Florentijn, wordt het volgende over de Sabijnse Maagdenroof vermeld: ‘Op de plek waar Judith stond, werd een wonderbaarlijke groep met drie figuren geplaatst gemaakt door Giovanni Bologna: het stelde een van die jonge Romeinen voor die Sabijnse maagden ontvoerden. De figuren waren met stro bedekt alsof ze nog niet volledig gepolijst waren, en later werd er een muur rondom gebouwd, steen voor steen, zodat de beeldhouwer het beeld kon voltooien zonder dat iemand hem kon zien.” (Pope-Hennessy Volume III 490)
Giambologna signeerde zijn werk met: IOANNIS BOLONI FLANDRI MDLXXXII. Het kunstwerk werd enthousiast ontvangen. Door de atletische lichamen en de manier waarop de roof wordt weergegeven, heeft dit beeld niets van een ‘maniertje’ zoals je wel eens ziet in het Maniërisme. Iets wat je niet kunt zeggen van een beeld van dezelfde kunstenaar dat we al bekeken hebben in het Palazzo Vecchio: ‘Florence overwint Pisa’. De Sabijnse Maagdenroof werd zo beroemd dat er een enorme vraag was naar replica’s. Kleine kopieën van dit beeld, naast die van de David natuurlijk, kom je vast tegen in de souvenirwinkels of marktkraampjes in het huidige Florence.
Giambologna ‘‘De verkrachting van de Sabijnen” Andere zijde
Vervolg Florence dag 4: Ruiterstandbeeld en Neptunes fontein op het Piazza della Signoria