Ghirlandaio en de Sassetti- kapel I (Santa Trinita)

Santa Trinita inzoomen

foto: LivornoDP

Santa Trinita interieur       Andere zijde

foto’s: Larry Lemsa

1. Francesco di Tomasso Sassetti, Santa Maria Novella, and Santa Trinita

Ghirlandaio ‘Francesco Sassetti and His Son Teodoro’ detail: Frabcescn
THE MET and Teodoro situ: Regan Vercruysse

Ghirlandaio ‘Franceso Sassetti’      ‘Franceso en zijn zoon Teodoro’
Teodore       In situ

De vader van Francesco Sassetti, Tomasso, werkte als geldhandelaar in dienst van de Medici. Bartolomeo en zijn jongere broer Francesco werkten ook voor deze machtige bankiersfamilie. De broers hielden toezicht op de betalingen voor de bouw van de San Lorenzo en het Palazzo Medici. Francesco vertrok later naar Avignon en Lyon, waar hij bij de Franse tak van de Medicibanken ging werken. Hij werkte ook nog in Genua en Geneve. Het is in de laatste stad waar Francesco zijn vermogen verdiende. In 1466 had hij een kapitaal van 52.000 florijnen, onroerend goed, juwelen en een grote collectie Romeinse munten en klassieke manuscripten.

Ghirlandaio ‘Teodoro’

n 1458 trouwde Francesco met de dochter van de gonfaloniere di giustizia Nera d’Corsi. Francesco was een vroom en genereus man. Hij had ook een bastaardzoon en in zijn testament stond dat de broers hun halfbroer als gelijke moesten behandelen. Francesco en Nera kregen vijf dochters en vijf zoons. In 1479 hield het geluk op. Francesco verloor veel geld door financiële problemen bij de Medicibanken in Brussel en Londen. Vervolgens stierf in hetzelfde jaar zijn oudste zoon: Teodoro op de leeftijd van 19 jaar. In een brief klaagde de compagnon, Giovanni Tornabuoni, over Francesco tegenover Lorenzo de Medici. In 1484 nam Francesco ontslag. Francesco was voor zijn tijd een typische patriciër, die geïnteresseerd was in de klassieke Oudheid. Hij had belangrijke humanistische vrienden zoals Poliziano, Marsilio Ficino en Bartolomeo Fonzio (ook wel Fontius genaamd). Fonzio en Poliziano hebben Francesco raad gegeven voor de decoratie van zijn kapel.

Ghirlandaio ‘Francesco Sassetti and His Son Teodoro’ detail: Teodoro
photo: Regan Vercruysse

Eén jaar voor zijn dood in 1489, schrijft Francesco in een brief aan Lorenzo de Medici dat hij niet rijk meer is. Francesco Sassetti werd begraven in een donkere toga, een Romeins gebruik dat in zwang was in de kringen van de Florentijnse humanisten.

Santa Maria Novella facade
foto’s: Allan Parsons en facade: Diego Delso

Sinds de vroege veertiende eeuw bezaten de Sassetti’s de rechten op het hoofdaltaar van de koorkapel (niet de kapel zelf) in de Santa Maria Novella. Daarnaast hadden de Sassetti’s in deze kerk nog een grafkapel waarschijnlijk in een ruimte onder het koor. In 1324 had Baro Sassetti, een dominicaner monnik, een altaarstuk van de schilder Ugolino da Siena voor het koor beloofd aan de dominicanen van de Santa Maria Novella. In 1429 werden er 220 florijnen voor het altaarstuk nagelaten. De belofte van Baro Sassetti is echter nooit uitgevoerd. De rechten van de Sassetti’s op hoofdaltaar werden tijdelijk opgeheven.

De Tornabuoni-kapel      Onderaanzicht      Inzoomen      Glas-in-lood ramen

Tornabuoni chapel Santa Maria Novella
foto’s Diego Delso, delso.photoSelim Huard; raam: Diotime; zicht: Abrey82

Er moest onderhandeld worden. Francesco kreeg op 22 februari 1469 tot verdriet van de Ricci’s de rechten weer terug en niet alleen op het hoofdaltaar, maar op het hele koor. Als we de kroniek van de familie Sassetti uit 1600 en de kroniek van monnik Modetso Biliotti uit 1586 mogen geloven, weigerden de dominicanen om Francesco nog langer de rechten op de koorkapel te geven. De reden hiervoor zou zijn dat Francesco een frescocyclus van de heilige Franciscus in het koor van de Santa Maria Novella wilde laten schilderen. Een cyclus van Franciscus op de belangrijkste plek, het koor, in de hoofdkerk van de dominicanen in Florence was natuurlijk ondenkbaar. Wat de werkelijke reden is waarom niet Francesco, maar Giovanni Tornabuoni in oktober 1486 de rechten voor de hoofdkapel in de Santa Maria Novella kreeg, blijft onduidelijk. Mogelijk hadden de dominicanen meer vertrouwen in de kapitaalkrachtiger familie Tornabuoni. Daarbij kwam nog dat de Sassetti’s zich al eerder niet aan de belofte hadden gehouden om een altaarstuk voor het koor te leveren.

Santa Trinita

Piazza Santa Trinita
foto: jean louis mazieres

Francesco laat tijdens de moeizaam slepende onderhandelingen met de dominicanen zijn oog vallen op een andere kerk voor zijn grafkapel. De Sassetti’s hadden een huis aan de Via larga de‘legnaiuoli di S. Trinita, genoemd naar de kerk van de vallombrosianen die aan deze straat ligt: de Santa Trinita. De Santa Trinita was in die tijd één van de meest gerespecteerde kerken uit Florence. Dit is heden ten dage nog te zien aan de vele kapellen in deze kerk van rijke families waaronder Strozzi, Davanzatie en Spini (klik hier voor een plattegrond van de kapellen in de Santa Trinita en klik hier voor het schema van de gehele frescocyclus).

Santa Trinita Sassetti-kapel

Santa Trinita Sassetti chapel
foto: Sailko

2. De Sassetti-kapel in Santa Trinita

De kapel bevond zich helaas niet in het koor zoals die in de Santa Maria Novella, maar in het rechtertransept bij de deur naar de sacristie (nummer 10 op de plattegrond). De rechten van deze kapel waren oorspronkelijk in handen van de familie Petriboni. Al in april 1478 wordt er onderhandeld om de kapelrechten over te nemen. In 1480 wordt de aankoop van de kapel in het castasto (kadaster) geregistreerd. Op 20 februari van hetzelfde jaar worden de beenderen van de Petriboni’s uit de kapel verwijderd

Francesco Sassetti       Nera d’Corsi

De kapel is van het begin af aan gewijd aan de heilige Franciscus. De patroonheilige naar wie de opdrachtgever van de fresco’s in de kapel vernoemd is. De kapel is daarnaast gewijd aan de geboorte van Christus. Het (beschadigde) opschrift onder het portretten van Nera d’Corsi en haar man, Francesco Sassetti verwijst naar de geboorte van Christus. A(NNO) D(OMINI) M CCCCLXXX (V) (XX) V DECEMBRIS

Ghirlandai Francesco Sassetti   

Zeker is dat Francesco in 1480 de rechten op de kapel verwierf en in december 1485 het werk voltooid werd. Waarschijnlijk werkte het atelier van Ghirlandaio ergens tussen 1480 en 1485 aan de kapel. Er is een ontwerptekening uit 1483 over de bevestiging van de orderegels bewaard gebleven. Domenico Ghirlandaio werkte van 1481 tot mei 1482 in de Sixtijnse kapel in Rome. In september of oktober 1482 in Sala dei Gigli van het Palazzo Vecchio. Op 1 september 1485 tekende Ghirlandaio een contract met Giovanni Tornabuoni voor een frescocyclus in het koor van de Santa Maria Novella. Gilderegels voorkwamen dat er aan een nieuwe opdracht mocht worden begonnen voordat een oude voltooid was. Wel heeft Domenico vóór 1480 al ontwerptekeningen gemaakt voor de kapel. Twee van deze tekeningen zijn bewaard gebleven.

Altaarwand

Ghirlandaio  Altar wall Sassetti chapel
foto: jean louis mazieres

De verschillende verhalen en onderdelen zoals de graftombes en de geschilderde nissen worden door fictieve architectuur tot een eenheid gesmeed. Geschilderde klassieke vormen zoals pilasters zijn weliswaar in strijd met de gotische kapel, maar dit schept wel een helder kader voor alle onderdelen in de kapel (klik hier voor een plattegrond en een schema  met de fresco’s en de grafnissen van de kapel).

Vuurproef voor de sultan en de begrafenis van Franciscus (rechterwand)

Ghirlandaio  Trial before the sultan Funeral of St. Francis Sassetti chapel

In twee registers wordt de geschiedenis van Franciscus geschilderd. De cyclus begint boven in de lunet links (zuidwand) met de verwerping van aardse goederen. Het verhaal gaat verder in de wand van het altaar en vervolgt in de lunet rechts. In de band onder de lunetten gaat het verhaal over de heilige Franciscus verder, weer van links naar rechts.

Ghirlandio Nera d'Corsi Sassetti Chapel
foto’s : Miguel Hermoso Cuesta; jean louis mazieres

Nera d’Corsi in situ

Het onderste deel bestaat uit een altaarstuk (in situ) dat geflankeerd wordt door geschilderde nissen waarin Francesco Sassetti en zijn vrouw, Nera d’Corsi, zijn afgebeeld. In de rechter– en linkerwand zijn twee muurnissen met sarcofagen. In het altaarstuk is de geboorte van Christus, de aanbidding van de herders en de tocht van de drie koningen te zien. Francesco en Nera knielen in aanbidding voor de pasgeborene. Op de voorzijde van de kapel boven de gotische boog werden in het begin van de 19e eeuw achter de witte kalk nog twee fresco’s van Domenico Ghirlandaio ontdekt: het visioen van Augustus met de sibille Tibur en links daarvan David. Deze twee fresco’s vormen samen met de vier sibillen in het gewelf en het altaarstuk een verticale as, waarop de betekenis van de geboorte van Jezus voor de mensheid uit de doeken wordt gedaan. Heel toepasselijk voor een grafkapel.

Vervolg Florence dag 6: Ghirlandaio en de Sassetti-kapel II (Santa Trinita)