Donatello en Michelozzo: grafmonument van Coscia
Het werk is waarschijnlijk tussen 1424 en 1428 gemaakt. Negen jaar lang hebben de architect en beeldhouwer Michelozzo en Donatello met elkaar samengewerkt. De opbrengst van hun samenwerking werd onderling gedeeld. In deze periode hebben zij ook de graftombe van Baldassare Coscia gemaakt.
Donatello Michelozzo monument voor Johannes XXIII (Coscia)
De grote graftombe, die een hele travee tussen twee zuilen beslaat, is gemaakt voor IOANNES QUONDAM PAPA XXIII, paus Johannes de XXIII (Coscia) zoals op de sarcofaag te lezen is. Deze paus is in 1413 uit Rome verjaagd en heeft jarenlang in Duitse gevangenschap doorgebracht. Met een grote som losgeld van Medici Giovanni di Bicci, de vader van Cosimo de oude, werd Coscia weer vrijgekocht. Hij moest natuurlijk wel beloven zijn opvolger, Martinus V, als paus te erkennen en zo geschiedde. De Medici hadden een nauwe band en een goede relatie met Coscia. Via Coscia waren de Medici bankier geworden van het pauselijke hof. Zijn laatste jaren heeft Coscia in Florence doorgebracht.
Coscia had enkele belangrijke relieken waaronder een waar topstuk: de rechtervinger van Johannes de Doper. Zijn testament werd door vier belangrijke figuren uitgevoerd. Coscia wilde het liefst in de San Giovanni, het Baptisterium, begraven worden. Na de nodige onderhandelingen met het Calimala, waarbij vast en zeker de reliek van de vinger van Johannes de Doper een rol moet hebben gespeeld, mocht Coscia in het Baptisterium begraven worden. Er werden echter wel strikte voorwaarden gesteld om op zo’n prominente plek begraven te mogen worden. Zo mocht de tombe niet teveel de ruimte insteken, niet meer dan een travee breed zijn en de kleuren moesten worden aangepast aan die van het Baptisterium.
Donatello en Michelozzo Pope John XXIII (Coscia) Inzoomen
Donatello en Michelozzo Johannes XXIII (Coscia) Uitzoomen
Zonder het inventieve en originele baldakijn in de vorm van zware doeken aan een haak en twee beugels bij de zuilen zou de bovenzijde saai zijn geworden. Het doek richt het oog naar de lijkbaar, waar Donatello en Michelozzo de bronzen levensgrote Coscia hebben afgebeeld in het ornaat van een kardinaal. Het gezicht van Coscia lijkt heel realistisch vandaar dat soms geopperd wordt dat er een dodenmasker als voorbeeld is gebruikt. Anderzijds kan de nog levendige uitdrukking in het gelaat er ook op wijzen dat het gezicht naar een tekening is gemaakt. Aan de onderzijde zijn de drie hoofddeugden weergegeven: Geloof, Liefde en Hoop. Het atelier van Michelozzo en Donatello had zoveel opdrachten, dat lang niet al het werk door henzelf uitgevoerd werd.
Donatello ‘San Rossore Reliquary’ 1424-27 En profile En face
Zo zijn de drie deugden vermoedelijk het werk geweest van ene Pagno di Lapo. In het midden, iets boven oogniveau van de kijker zou de buste van San Rossore geplaatst worden. Een reliekhouder die nog door Donatello gemaakt is. (De reliekhouder met de schedel van de heilige Rossore, is nu in het Museo Nazionale di San Matteo te Pisa). Het bronzen en vergulde beeld op de lijkbaar is niet goed te zien. De baar bevindt zich vier meter boven het niveau van de vloer. Allerlei verfijnde en uitgewerkte details zijn hierdoor helaas niet te zien. Wel is geprobeerd het zicht iets te verbeteren door de lijkbaar licht naar voren te kantelen, maar vele details blijven ook zo onzichtbaar voor de kijker beneden.
De tekst die op de rol staat en door twee putti wordt vastgehouden, was absoluut niet naar de zin van paus Martinus V. Hij verzocht de stad Florence om de inscriptie te wijzigen in: BALDASSARE COSCIA NEAPOLITANVS CARDINALIS. Vooral het woord kardinaal leek de paus die de afgezette Johannes de XXIII had opgevolgd beter dan het woord dat er nu te lezen is: PAPA ofwel paus. Veel invloed heeft het verzoek van Martinus V niet gehad zoals je kunt zien. Naast de inscriptie kun je tussen de consoles in het midden nog een symbool van de paus zien: de tiara, de driedubbele kroon.
De tombe van Michelozzo en Donatello heeft grote invloed gehad op latere tombes. We lopen nu eerst naar de Santa Maria Novella en daarna naar de Santa Croce om twee kruisbeelden te vergelijken: één van Brunelleschi en het andere van Donatello.
Vervolg Florence dag 3: Brunelleschi en Donatello kruisen en twee tabernakels